Pac-Man, het iconisch geel happende schijfje dat bolletjes eet en achter spoken jaagt, is pas 40 jaar geworden. Ooit was deze fijne kerel hét uithangbord als sterk merk voor videogames. Veel blijft van deze associatie anno tegenwoordige tijd niet meer over.
Net zoals men niet meer automatisch bij Disney denkt aan de muizenoren van Mickey Mouse, dan wel aan pretparken of brands als Star Wars, Marvel, Pixar en consoorten.

Een ander mannetje gaat het gelukkig veel beter af: de bekende Mario van Nintendo blies onlangs 35 kaarsjes uit. In tegenstelling tot Pac-Man, is de carrière van deze loodgieter nooit in het slop geraakt. Van de jaren tachtig tot nu bleef dit personage een hoofdrol spelen bij alle ontwikkelingen van Nintendo. De launch van elke nieuwe console of handheld ging gepaard met een nieuwe Mario game (die trouwens één voor één meestal briljant waren). Ook spin-off’s van Mario zoals Luigi’s Mansion, de Galaxy reeks of uiteraard de Mario Kart games bleken telkens een schot in de roos.

Zoals zo vaak bij verjaardagen, biedt het een mooi moment om even stil te staan bij het verleden. Mijn vroegste herinnering aan Pac-Man moet ergens uit de beginjaren ’80 zijn toen er een Atari VCS 2600 systeem in huis was. Later zou blijken dat Pac-man voor de 2600 een vreselijke arcade conversion was. Echter wat niet weet niet deert: de indertijd 5-jarige ik spendeerde uren aan het gele mannetje met de flikkerende schermen. Dat hij er in de game uitzag als een blokkig dotje met vierkanten, stoorde toen alvast nog niet (tip: het aantal online discussies over flicker-management, sprite design en ROM allocation betreffende deze game zijn ontelbaar). Latere varianten als Ms Pac-Man en de platformgame Pac-Land boeiden weinig. Ik herinner me nog een prima Pac-Mania in 3D op Commodore Amiga, maar daarna bleef het vrij stil over dit figuurtje.
Slechts eventjes stilstaan bij kompaan Mario is bijna onmogelijk. Al vanaf het Atari 2600 tijdperk kende ik deze held uit zowel zijn eigen game en als redder in nood in het al even iconische Donkey Kong. Bovendien hadden we het intussen legendarische Game&Watch spelletje: zeer ver vooruit op zijn tijd want twee controllers en twee schermen? Het toonde toen al het innovatievermogen van Nintendo.

Hét moment echter wat me het meest bijblijft, moet zich in 1987 hebben afgespeeld: de 8-bit NES console werd gelanceerd en bij Christiaensen, een grote speelgoedzaak in de winkelstraat, stond er eentje opgesteld. Ik zag het gekende mannetje met pet tegen een blauwe achtergrond springen, schildpadden vermorzelen en wegwerpen, vuurballen schieten en door groene buizen duiken en in gans andere werelden terechtkomen.
Al snel mocht ik van de uitbater eens proberen: het concept van joypad was na de 1-button joysticks helemaal nieuw en games spelen met meerdere knoppen werd een ervaring om nooit te vergeten. Het was mijn eerste kennismaking met Super Mario Bros en dit was ongetwijfeld één van de vele “this is next level”-momentjes in mijn bestaan als videogame-enthousiast.

Het ironische achteraf is dat op het eind van datzelfde jaar, richting de feestdagen, de goedheiligman uit Spanje waarschijnlijk mijn wensenlijstje niet goed gelezen had. De Sint bracht namelijk geen Nintendo NES maar de voor mij totaal onbekende Sega Master System met Alex Kidd, Hang On en Space Harrier.
Ik durf het woord “helaas” niet uit te spreken, want die console bracht ontelbaar veel plezier in mijn jeugdige jaren als gamer.
Hoe ik Mario verder tegenkwam, is voer voor een andere afspraak. Maar wat zijn jullie eerste herinneringen over Pac-Mac en Mario? Laat graag een reactie achter op dit bericht of via onze social media kanalen!